Zeebriesje
Zo ook op maandag 11 juli, toen het team voor de derde keer bij elkaar kwam om door Jos den Hollander stevig aan het werk gezet te worden. Het was dus warm. De mussen vielen bijkans dood uit de boom. Vanaf de eerste stappen die we deden bij vertrekpunt Hoeve Twistvliet parelden de zweetdruppeltjes op ieders voorhoofd. Gelukkig nam trainer Jos ons mee naar de Veersedam. Daar zorgde een zeebriesje voor wat verkoeling.
Eigenlijk was de training een kleine samenvatting van wat je in de Kustmarathon allemaal tegenkomt. Het eerste stuk ging in gematigd tempo over asfalt naar de Veersedam. Asfalt kom je op 1 oktober volop tegen op de Stormvloedkering en op de Westkappelse Zeedijk. Het is zaak je op die stukken rustig te houden voor de zwaardere trajecten. Anders kom je daar energie tekort.
Intervallen
Op de dam deden we intervaltrainingen, onder meer op de trappen die daar ruimschoots aanwezig zijn. Naar boven, met een trede tegelijk, met twee treden tegelijk, springend, rustig aan, in een sprintje. Dan een stukje vlak en vervolgens via een andere trap weer naar beneden. En dat een keer of tien. Trappen kom je in de Kustmarathon ook tegen, een stuk of 7. Met als hoogtepunten de Hoge Hill in Domburg, de trap bij Erica in Westkapelle en de twee duintrappen vlak voor de finish in Zoutelande. En als het geen trappen zijn, zijn het wel steile duintoppen waar je tegenop moet. Die zijn er nog veel meer. Zeker omdat het oude parkoers weer gelopen wordt. Het is een stuk zwaarder dan dat van de laatste jaren maar ook een stuk mooier.
Dit soort oefeningen zijn voor een Kustmarathonloper van levensbelang. Het doel is om je hartslag flink de hoogte in te jagen en om daarna zo snel mogelijk te herstellen. Wie boven komt en dan een paar minuten nodig heeft om weer op adem te komen gaat heel veel tijd verspelen. Intervallen is dus het devies, heel veel intervallen. Heel erg moe worden en heel erg snel herstellen.
Mul zand
Na deze oefeningen stuurde Jos ons het strand op. Dat was alvast een stukje parkoersverkenning want op 1 oktober krijgen we dit traject ook voor de kiezen: bij Vrouwenpolder de Veersedam af en dan door het mulle zand naar de waterlijn. We hebben het met zijn allen steeds vaker over de klimaatverandering en het stijgen van de zeespiegel, maar hier valt er helemaal niets van te merken. Elk jaar komt de zee hier een stukje verder van de dam te liggen. Elk jaar komt er een hoop zand bij. Elk jaar dus moeten de deelnemers aan de Kustmarathon een stukje verder door het mulle zand ploegen om dat felbegeerde reepje harde zand te bereiken.
Om dat goed onder de knie te krijgen moesten we van Jos maar wat extra oefenen. Twee keer heen naar het water, twee keer terug naar de dam. Naar het einde toe wordt dat zwaarder en zwaarder, al was het alleen maar omdat er steeds meer zand in je schoenen komt.
Een oase in een snikhete wereld
Vervolgens oefenden we nog een paar kilometer heen en weer op het harde zand richting Stormvloedkering en terug waarna het – eindelijk! eindelijk! – terug ging naar de startplaats. Dat er op de terugweg nog heel veel mul zand en een steile trap moesten worden overwonnen maakte niet veel meer uit. We gingen terug naar Hoeve Twistvliet, naar een oase in een snikhete wereld. Naar een verkoelende douche en heel veel ijskoude versnaperingen. Het was een nuttige training maar nu was het tijd voor iets anders. Proost.