Naar overzicht

Intervallen tijdens de tweede training

Zoals eigenlijk altijd bij de gezamenlijke trainingen was het gisteren prachtig weer, heerlijk zonnig en niks te klagen. De training was redelijk last-minute ingepland, dus een aantal teamleden had al andere verplichtingen. Gelukkig stond er toch een dozijn enthousiaste lopers te trappelen om het lentezonnetje in te gaan!

Warming up

Een goede warming-up is essentieel voor een pittige training, dus iedereen dribbelde bij de start van de training braaf achter Jos aan. Via smalle paadjes zigzaggen we ons een weg door de Hollandse Hoeve, het decor voor deze tweede teamtraining van het jaar. Er hangen allerlei pijlen op die we negeren, wat voor ingewikkelds zou Jos voor ons hebben verzonnen? Later blijkt dat al deze richtingsaanwijzers niet voor ons bedoeld zijn maar voor de Obstacle Run van het CIOS een dag later. Hebben wij even mazzel!

Zelf begeleid ik de groep per fiets en ik word direct omgedoopt tot pakezel. Altijd handig zo’n geblesseerde trainer die zelf niet mee kan lopen.

Hulpmiddelen

Voor we het in de gaten hebben, zijn we alweer terug bij Jos z’n auto. Daar tovert hij allerlei hulpmiddelen tevoorschijn: hordes, hoepels en zelfs een speedladder. Menigeen krabt zich achter z’n oren, wat moeten we allemaal gaan doen?

Loopstijl

Jos heeft een perfecte locatie uitgekozen voor zijn differentiele loopscholing. Wat hij hiermee bedoelt weet hij haarfijn uit te leggen. Bij het hardlopen zijn altijd veranderende omstandigheden, bijvoorbeeld het weer (zonnig/winderig/regen) en ook de ondergrond (asfalt, zand, heuvels). Daar zul je continu je loopstijl op moeten aanpassen: iets voorover leunen, kleine pasjes. Het zijn zo maar een aantal voorbeelden.

Met behulp van verschillende soorten ondergrond; zand, tegels, gras en zelfs een houten aanlegsteiger weet Jos de deelnemers behoorlijk uit te dagen. Denk je dan alles gehad te hebben, dan word je ook nog gedwongen te springen over hordes, precies je voeten neer te zetten in de hoepels of via de speedladder een heuvel op te sprinten. Na een aantal rondes is iedereen klaar voor de kern van de training: interval!

Rond de lantaarnpaal

Om de snelle spiervezels aan te zwengelen voor de intervaltraining worden er ins&outs gelopen waarbij steeds van een lantaarnpaal wordt versneld naar de volgende en dan rustig lopen naar de daaropvolgende lantaarnpaal. Veertien lantaarnpalen betekent zeven keer versnellen en zeven keer uitbollen, zo gepiept, zo gedaan.

Klaar voor de intervaltraining! Er worden tweetallen gevormd. Een loper legt een ronde van 400 meter om het rugbyveld af in snel tempo, de andere loper van het tweetal dribbelt rustig 200 meter rond de parkeerplaats. Ongeveer tegelijk zullen ze weer bij het startpunt zijn en worden de rollen omgedraaid. En dat ieder maar liefst acht keer! Jos drukt iedereen nog even op het hart dat het geen wedstijd is maar Emiel en Job zijn dan al in een felle strijd verwikkeld. Robbie en Remon hebben het op deze manier niet echt getroffen met hun teamgenoten. Wonderwel blijft iedereen heel tijdens deze 8 x 400 meter interval training. Getuige de roodgekleurde koppies en bezwete shirts heeft de training zijn doel niet gemist.

Na een afsluitende cooling down, gaan we naar het Omnium voor een verfrissend drankje. Deze training kan succesvol worden afgevinkt. Op naar de volgende!

Tim (vandaag de fietsende reporter)